HOME
INFORMATIE
SCHOOLLEVEN:
Hier kom je meer te weten over de dagelijkse werking, projecten en beleid van Terbank-Egenhoven.
SCHOOLLEVEN
OVERLEGORGANEN:
De draagkracht van onze school wordt versterkt door de volgende overlegorganen.
OVERLEGORGANEN
FOTO'S/BLOGS
CONTACT
Bij het begin van het schooljaar 2011-12 opteren de dienstdoende leerkrachten ervoor om hun gezamenlijke expertise te bundelen om samen hun klasgroep te organiseren.
Aanvankelijk wordt ervoor gekozen om de vakken te verdelen tussen beide leerkrachten. Beide leerkrachten dragen elk de verantwoordelijkheid voor hun vakken en dragen een gelijkwaardige verantwoordelijkheid over de leerlingen.
Iedere leerkracht geeft zijn lesblokken wiskunde , Nederlands of Frans twee keer na elkaar. Het voordeel is dat de leerkracht een vakspecialist wordt en dat de groep steeds gedifferentieerd kan worden ingedeeld.
De lessen W.O. , godsdienst en muzische vorming worden in één groep gegeven volgens het teammodel.(Twee leerkrachten staan in een gelijkwaardige positie voor de klas)
Bij moeilijke beslissingen kunnen de leerkrachten terugvallen op wederzijdse expertise , bij voorkeur in overleg met de directie , de zorgcoördinator en de afgevaardigde van het CLB.
De ervaring leert dat ook de gender van de leerkracht een rol speelt. Dit resulteert in een complementaire klaswerking. De kinderen hebben twee leerkrachten waar ze bij terecht kunnen.
Tenslotte is er nog het belang van de klasomgeving. Het is belangrijk om een collaboratieve omgeving te creëren waarin leerkrachten tonen dat ze kunnen samenwerken en dat leerlingen daar deel van mogen uitmaken.
Door de positieve ervaring met het teammodel , de start van het M-decreet op 1 september 2015 en de niet evident te organiseren klasgroep van het schooljaar 2016-17 (slechts anderhalve leerkracht) gaan de leerkrachten voluit voor co-teachen. De vele mogelijkheden die deze manier van werken biedt zorgen ervoor dat de klaslokalen vanaf 1 september 2017 structureel zijn aangepast.
De nieuwe grote ruimte bevat twee digiborden , een instructieruimte met stoelen en een werkruimte met tafels. Elke leerling bewaart zijn materiaal in een persoonlijke opbergbox.
Door deze nieuwe manier van werken wordt de nadruk gelegd op het leerproces i.p.v.de leerstof.
“Hedendaags onderwijs moet resulteren in duurzaam onderwijs dat jonge mensen voorbereidt op de maatschappelijke veranderingen waarin zij als volwassene zullen functioneren. Om dit te bereiken , moet er voldoende nadruk gelegd worden op een aantal competenties die voor het 21ste eeuwse leven van cruciaal belang zijn .Leerlingen moeten o.a.
- kennis en vaardigheden kunnen inzetten om problemen op te lossen in uiteenlopende contexten
- in staat zijn respectvol met anderen samen te werken
- hun creativiteit kunnen inzetten
- digitaal geletterd zijn
- over grote leer-kracht beschikken”(Dirk Van Damme , OESO – onderwijsexpert)"
In deze nieuwe ruimte wordt het voor de leerlingen een pak comfortabeler om samen te werken en al doende te leren.
Er is aangetoond dat allerlei vormen van samenwerking tussen leerlingen die leiden tot onderling overleg , de leeropbrengsten verhogen en dat leerlingen die actief bezig zijn met het zoeken , uitvinden en maken van dingen de beste leerresultaten boeken.(Visible learning : a synthesis of over 800 meto-analyses relating to achievement – John Hattie)
De duurzame school van de 21ste eeuw moet gedomineerd worden door “ramen en deuren” .Open deuren laten de leerlingen toe om vlot tussen fysieke en intellectuele ruimtes te bewegen om samen te leren met anderen , hun schoolgenoten te helpen bij het leren , en sociale vaardigheden te ontwikkelen terwijl ze samenwerken met diverse types andere leerlingen. Open deuren laten meer dynamische groeperingsvormen toe en creëren meer mogelijkheden voor leerlingen om op hun eigen tempo vorderingen te maken en gedifferentieerde ondersteuning te krijgen. De deuren en ramen van de klas moeten regelmatig open staan om leerlingen uit te dagen kennis en vaardigheden uit verschillende vakken en domeinen te combineren bij het uitvoeren van complexe taken en opdrachten.
(Onderwijs voor de 21ste eeuw – Kris Van den Branden)
Belangrijk hierbij is dat de leerkrachten regisseur blijven en een duidelijke en sturende rol hebben. Zij hebben op elk moment van het leerproces een helder idee van het beoogd effect en van de minimum succescriteria die aansluiten bij de eindtermen. Dit brengt duidelijkheid voor de leerlingen en schept een klasklimaat van vertrouwen waarin ze durven uitdagingen aangaan. Op die manier leren ze zichzelf inschatten , hun talenten ontdekken en zich verder te ontwikkelen.
Co-teaching mag nooit opgedrongen worden en er moet tussen de co-teachers een professionele vertrouwensband zijn.
Het doel van het zesde leerjaar is de leerlingen klaarstomen voor het secundair onderwijs. Hierbij is het ondermeer belangrijk om enerzijds in te zetten op de zelfredzaamheid en zelfstandigheid van de leerlingen en anderzijds om te werken aan leren plannen. Om dit te bewerkstelligen hebben we ervoor gekozen om op de volgende manier te werk te gaan:
Voor de hoofdvakken hebben we gekozen om een onderscheid te maken tussen nieuwe leerstof en leerstof die vorig jaar reeds aangebracht werd.
De herhalingsleerstof zal herhaald worden in heterogene taal- en rekengroepen. De klas wordt in verschillende vaste groepen verdeeld, afhankelijk van de talenten van de kinderen. Op die manier vullen de leerlingen elkaar aan en komen ze tot coöperatief of samenwerkend leren. De leerlingen leren niet alleen van elkaar maar zetten ook sterk in op de focus zelfredzaamheid-zelfstandigheid-plannen.
De nieuwe leerstof wordt tijdens een klassikaal instructiemoment aangebracht en verder individueel ingeoefend.
De kinderen die nood hebben aan een verlengde instructie, werken onder leiding van een leerkracht verder.
De kinderen die ondervinden dat ze de leerstof goed begrepen hebben, werken zelfstandig verder.
De overige leerlingen, die de leerstof denken begrepen te hebben, kunnen terugvallen op de hulp van de andere leerkracht.
Jezelf inschatten is soms moeilijk, maar ook dit is een leerproces en zal steeds vlotter verlopen.
Bij de overige vakken is de werkvorm afhankelijk van het onderwerp van de les.
Aandachtspunten bij de intake:
Aanmelding, kennismakings- en opvolggesprek vindt steeds plaats op de Egenhovenweg.
Na aanmelding volgt een korte briefing naar het team. Tijdens het kennismakingsgesprek is de zorgjuf, de klasleerkracht en de juf A.N. aanwezig, tijdens dit gesprek proberen we zoveel mogelijk relevante informatie te weten te komen, indien nodig met tolk, we gebruiken ook een toolbox (werkbladen, leesboek, potloden, pen...). Ouders krijgen frigofiche (met pictogrammen) mee met de nodige informatie.
De contactgegevens worden zichtbaar opgehangen, bij afwezigheid van directie maken zorgjuf en/of juf A.N. een nieuwe afspraak voor gesprek met ouders.
Waar plaatsen we de A.N.?
De school gebruikt standaard een aantal dagen om zich te organiseren en voor te bereiden op de komst van de A.N.
Na intake en informatie van ouders wordt de A.N. zoveel mogelijk volgens leeftijd geplaatst met volwaardige ondersteuning van interne begeleiding. Indien er een technische achterstand is, kan de A.N. tijdelijk en intensief klasextern ondersteund worden.
De school baseert zich op volgende kenmerken om een gerichte keuze te maken bij het bepalen van de plaats van de A.N.
Schoolkenmerken:
Men kijkt naar een mix van een aantal parameters: de klassituatie (grootte), de draagkracht van de klasleerkracht, de klassamenstelling.
Na een aantal maanden is het aangewezen om een opvolggesprek met de ouders te organiseren, dit kan tijdens het eerste individuele oudercontact. Dit om eventuele nieuwe info te krijgen en om na te vragen of het kind zich thuis voelt op school. Bij twijfel zullen wij de A.N. voldoende tijd geven om zich aan te passen (minstens 6 maanden), nadien kan er overwogen worden om te opteren voor een andere klas.
Wat doen we om de A.N. te ontvangen op klas-en schoolniveau?
Wij proberen een veilige omgeving te creëren. Het kind moet zich in de eerste plaats thuis voelen.
Op klasniveau: buddy, plaats op voorhand klaarzetten, leerlingen voorbereiden, landkaart gebruiken, filmpje opzoeken, …. In elke klas een wereldbol, wereldatlas etc. voorzien om de A.N. de kans te geven om zich te identificeren in de wereld.
De zorgjuf en leerkracht A.N. zijn de eerste klasdag standby: bvb spel spelen op speelplaats ter integratie van de A.N., mee in de klas ondersteunen, … .
Er worden pictogrammen voorzien in de klas en op de speelplaats om de A.N. te ondersteunen. (methode Matti en Mona)
Op schoolniveau: wij kiezen voor een semi-geïntegreerde opvang.
De A.N. zoveel mogelijk, waar zinvol en haalbaar, de reguliere les laten meevolgen afgewisseld met zelfstandig werk.
Er wordt op elke pedagogische raad een gestructureerd overleg voorzien.
Wat vinden we belangrijk om aandacht aan te schenken?
Contacten leggen met andere diensten die vaak A.N. naar de school toeleiden.
Een praatgroep (soort conference with parents) trimestrieel organiseren om de ouderbetrokkenheid te vergroten (korte input en samenzijn).
Brieven voor A.N. worden aangepast.